Zelfs de kleinste kat is een meesterwerk
Leonardo da Vinci.

Ik ben de Majicou. Ik ben de ene die twee wordt, ik ben de twee die vier worden. Ik ben de vier die acht worden. Ik ben er nog een meer dan dat. Ik ben de Majicou, de onweerstaanbare kat.

Ik ben de bewaker van de wilde wegen, de eeuwenoude wilde wegen die katten gebruiken om zich te verplaatsen. Ik ben de kleine zigeunerkat die op dinsdag 9 november 1999 uit het Zeister dierentehuis naar mijn nieuwe huis ging. Mijn naam is Majicou, wat zoveel betekent als "Leider" bij ons zigeuners.
In het dierentehuis noemden ze mij “Knuffel”. En die naam ben ik ook meer dan waard. Ik ben zwart als de nacht, als vleesgeworden duister. De maan spiegelt zich wit op mijn borst.

Het liefst lig ik op schoot bij mijn nieuwe vrouwtje. Maar ook haar waterbed en mijn nieuwe mandje zijn niet te versmaden. Ik hou van spelen met speelgoedmuisjes en een zachte bont spin. Eenkennig ben ik niet, want als ik wordt voorgesteld aan andere mensen, wil ik ook wel met hen knuffelen. Sheeba, de poes die hier al woonde, is wel een beetje jaloers. Ik hou rekening met haar door me niet op te dringen en haar etensbakjes met rust te laten. Maar we spelen soms al samen en al met al is ze zo slecht nog niet. Het zal wel even wennen zijn, denk ik zo. Van mijn vrouwtje hou ik groot en zij ook van mij. Ik ben wel wat rustiger geworden, nu ik eindelijk thuis ben. Zij kent mijn geheim, zij weet dat ik de Majicou ben, zoals Gabriel King mij beschreven heeft in “De wilde wegen” en “De goude Kat”. Ze geeft me een veilige thuishaven voor mijn reizen en zorgt goed voor mij. Straks ga ik samen met Sheeba de wegen bewandelen. Ik begeleid mijn vrouwtje in haar dromen en vergezel haar op haar dagelijkse pad. Ik ben de ene die twee worden, de twee die vier worden, de vier die acht worden en ik ben er nog een meer dan dat. Ik ben de Majicou, de onweerstaanbare kat!

We hebben het hier heel gezellig. Lekker eten, fijne plekjes om te slapen en speelgoed in overvloed. Af en toe komt er een mafkees uit Amsterdam (Martin) en die gaat plat op zijn buik met muisjes en balletjes gooien om ons te vermaken. Ik ben gek op visite: allemaal kansen om mijn fanclub uit te breiden. Want: ik ben stapelgek op aandacht. Sheeba en ik hebben een tent gekregen en het gaat nog niet van harte, maar we liggen er wel samen in. Sheeba vindt het nog een beetje eng want ik ben veel groter en sterker dan zij, maar langzamerhand went ze wel.

Toen ik pas twee dagen bij mijn vrouwtje woonde, kon ik opeens niet meer miauwen! Eerst verdacht zij mij ervan dat ik “The Silent Miauw” van Paul Gallico had gelezen. Zou kunnen, want er staan hier genoeg kattenboeken in de kast. Maar helaas, ik kon het echt niet. Ze bracht me wel op een idee want ik merkte dat ze smolt als sneeuw voor de zon wanneer ik miauwde zonder geluid. Affin, na een paar bezoeken aan de dierenarts die een zware bronchitis constateerde kan ik weer prachtig geluid maken. Soms gebruik ik die Silent Miauw nog wel, uiteraard. Want ik kan haar dan laten smelten, als dooi het ijs in de gracht. Ik kan maken dat ze naar me lacht! En dat levert lekkere snoepjes en lekker eten op.