Ode aan mijn poes Sheeba.
Mijn
poes is pure liefde, gehuld in zwart bont. Natuurlijk
denken de muizen en vogels in mijn tuin daar anders over;
zij houdt haar oerinstinct in ere door af en toe haar dieet
aan te vullen met de proteïnen en mineralen die zulks een
kleine hapjes haar verschaffen en flost haar tanden
zorgvuldig met de overgebleven veertjes na zo’n maal.
Ik ging haar halen op een zonnige middag half april 1991.
Een klein beestje, gehuld in nestbont en vlooien. Met blauw
grijze ogen die vol vertrouwen naar mij opzagen en wisten
dat het moment gekomen was. Vaak was ik al bij haar gaan
kijken toen zij nog bij haar moeder, zusjes en broertje
was. We hadden voor elkaar gekozen, dat was ons duidelijk.
Onderweg werd zij overvallen door het definitieve van haar
beslissing en kroop angstig in mijn nek. Eenmaal thuis
aangekomen was van die angst niks meer te merken en liep
zij zelfverzekerd in haar nieuwe domein rond, in de
wetenschap dat zij haar nieuwe mensen in no-time om haar
fluwelen pootje zou winden.
Zij is geboren in Wijk bij Duurstede en heeft reizen
gemaakt naar Driebergen, Zeist, Venlo en kwam tenslotte
weer in Wijk bij Duurstede te wonen. Hier heeft zij een
prijs moeten betalen voor haar vrijheid: een nacht bij de
dierenarts en nooit wetende hoe het zou voelen haar
kinderen te zogen. Maar mijn liefde voor haar maakte dit in
haar ogen goed. Ze is de zon en maan in mijn leven. Zij
geeft alles een kleur en glans. Ze heeft alle tederheid die
je maar kan bedenken in een klein volmaakt lijfje van 4,5
kilo.
Zij is een klein prinsesje wat zich met een air van een
Grand Lady kan uitstrekken op de divan. “Every inch a
lady”, zoals Willeke van Ammelrooy dat zo mooi kan zeggen.
Maar soms verandert zij van het ene op het andere moment in
een vervaarlijke miniatuurpanter en jaagt haar dromen na.
God heeft haar geschapen op de mooiste wijze die Hij kon
bedenken. Hij heeft mij haar geschonken als de bewaakster
van mijn Ziel. Ze weet wat ik denk en hoe ik me voel. Mijn
Sheeba geeft mij het vermogen diep in mezelf te kijken,
terug te keren naar mijn basis, door zich spinnend op mijn
schoot te nestelen en de rest van de wereld buiten te
sluiten. Als ik slaap, waakt zij over mij. Als ik op pad
ben, waakt zij over onze tuin en ons huis, in het vaste
vertrouwen dat ik bij haar zal terugkeren. En hoe zal ik
niet? Ik overlaad haar met geschenken en exquise gerechten.
Zij ziet mij als een moeder en accepteert dat ik haar af en
toe medicijnen toedien of haar naar de dierenarts brengt,
vol vertrouwen.
Als ik lange dagen van huis ben, verwijt zij me niks. Dat
is voor een kat zeer uitzonderlijk heb ik begrepen. Als ik
op vakantie ben, prefereert zij mijn plek in bed boven al
haar eigen heerlijke bedjes. En dat is een groot
compliment. Zij houdt Groot van mij en gaat waar ik ga,
wetend dat ik altijd haar wensen in haar ogen zal proberen
te lezen en haar zal geven waar zij recht op heeft, door
zoveel van mij te houden.
Met haar aangeboren geraffineerdheid weet zij vroeg of laat
iedereen voor zich te winnen, als een echte vrouw. En als
het haar uitkomt gedraagt zij zich als een klein meisje,
gewoon omdat zij nu eenmaal een kat is! Zij maakt het
verschil tussen een huis en thuis. Maakt de tuin onveilig
als een schaduw in de nacht om zich vervolgens doodmoe
naast mij te vlijen op bed. Ik lees graag hoe andere mensen
het leven met hun kat beleven, met haar op mijn schoot. Ze
snapt dat soms niet en laat me weten wanneer ze genoeg
heeft van het boek door het met haar fluwelen pantoffels te
bedekken en mij het lezen onmogelijk te maken. Ik kan haar
dat niet verwijten want hoe leuk die verhalen ook zijn, er
gaat niets boven de werkelijkheid van een poes op schoot.